Een aantal jaar geleden publiceerde een krant in Nederland dat het produceren van één spijker jeans ongeveer 7.000 liter water vervuilde. Dat was destijds een schokkende ontdekking 7.000 liter water dat in ongeveer wat een gemiddeld mens in 10 jaar drinkt en dat allemaal voor één broek. Wat is er in de tussentijd veranderd in de denim branche. Zijn ze zich gaan verbeteren en heeft denim vandaag de dag minder water nodig? Ik heb daarnaast de punten op een rij gezet als je opzoekt bent naar een duurzame en milieubewuste broek.

 

Er moeten een aantal zaken in orde zijn voordat een merk zichzelf duurzaam of milieubewust mag noemen. Denk bijvoorbeeld aan de factoren lonen, biologisch, gebruik van pesticide, co2 niveau, kinderarbeid en het zandstralen van de jeanst. Op het internet is een lijst te vinden van merken die hieraan voldoen, bijvoorbeeld g star raw.

 

Vroeger waren er alleen kleine merken die zich richten op het produceren van duurzame en biologische jeans. De laatste jaren zien we daar een wijziging in. Grote en gevestigde namen in de denim wereld zien het belang van duurzame jeans ook in en wijzigen hun strategie. Merken die deze verandering door hebben zijn Met jeans en Levi’s. Naar schatting worden momenteel 20 tot 25 procent van alle jeans op een milieuvriendelijke manier geproduceerd, dit is een wereldwijde schatting.

 

Naast het kopen van een duurzame jeans kan jij als consument nog iets doen om het verbruik van slechte stoffen te voorkomen. Zo is het schoonhouden van de jeans ook belangrijk. Wanneer je jeans wil schoonmaken gebruik dan geen wasmiddelen die niet ecologisch verantwoord zijn. Dit zijn wasmiddelen waarin fosfaten zitten die kunnen namelijk het water verontreinigen. Daarom is het slim om voor aankoop altijd de etiket te lezen van je wasmiddel. Wat je beter kan doen is om je jeans lekker buiten op te hangen in de buitenlucht.

 

Er is een positieve ontwikkeling bezig in de jeans wereld. Er wordt steeds minder water gebruikt en merken hebben door dat zij zich dienen aan te passen om de wereld beter te maken. Toch moet politiek Den Haag ingrijpen om de merken een quota op te leggen zodat deze ontwikkeling zich sneller voorzet.